woensdag 18 juli 2018

Castelluccio

Op 24 augustus 2016 beefde de aarde in het Parco Nazionale dei Monti Sibillini.  De gevolgen zijn twee jaar later nog altijd goed merkbaar, hoewel men met man en macht aan de heropbouw bezig is.  We moesten deze morgen 75 kilometer overbruggen en daar deden we meer dan anderhalf uur over.  We kwamen twee dorpen tegen die nog altijd voor een deel met de grond gelijk gemaakt zijn.  We voelden ons ramptoeristen.  Castellucio - onderdeel van Narcio waar het epicentrum lag- was een stopplaats voor veel fietsers en wandelaars met veel herbergen en restaurantjes.  Nu is het stadje niet te bezoeken.  Aan de voet vind je overal kraampjes voor de ramptoeristen waar wij ook deel van uit maakten, maar we konden Oes Nest nergens parkeren.  De paar grote parkeerplaatsen waren ingenomen door permanent bewoonde mobilhomes van inwoners.  Gelukkig vonden we een prachtige plek zo'n vier kilometer verder.   Er liep een pad van de parking naar Castellucio, langs de prachtige velden met weidebloemen die hier gekweekt worden.   De bijzondere kleuren trekken niet enkel bijen aan, maar ook tientallen fotografen, die met allerlei lenzen van verschillend formaat de kleurenpracht willen vastleggen.  Ik voeg  ook eens foto genomen met mijn telefoon, zodat je een indruk krijgt van de bijzondere streek waar we nu staan.
Deze namiddag maakten we een wandeling in de andere richting en beklommen één van de vele groene heuvels die het landschap domineren.  Zo kregen we een prachtig zicht op de aluviale vlakte in de diepte (mijn aardrijkskundelessen dienen toch nog tot iets).
Na de laatste dertig kilometer van de Tour liet ik mijn drone opstijgen om enkele beelden vast te leggen vanuit de hoogte.
Nog dit, we hebben de Marken even verlaten en staan in de aangrenzende provincie Umbrië, met als hoofdstad Perugia, maar Assisi is er beter gekend.  Ik verbleef hier ook al eens in 1975, 1976 en 1986.




Geen opmerkingen:

Een reactie posten